Verdrag en protocollen

Op 20 november 1989 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York het Internationaal Verdrag over de Rechten van het Kind aan. Daarom is het op 20 november ook Internationale Kinderrechtendag. In België kreeg het Verdrag begin 1992 kracht van wet. Het geldt voor iedereen die minderjarig (jonger dan 18) is.

VN-Kinderrechtencomité ziet toe

In het Verdrag beloven alle landen erop toe te zien dat kinderrechten in hun land echt toegepast worden. Hoe dat precies gebeurt? Dat bepaalt elk land zelf. De politieke overheid kreeg door de ratificatie van het Verdrag nog een extra taak: om de 5 jaar moet ze over de vooruitgang van kinderrechten een rapport maken voor het Internationaal Comité voor de Rechten van het Kind in Genève. Dat Comité waakt voor de Verenigde Naties over de rechten van minderjarigen en over hoe elk land die toepast.

Schendingen van de kinderrechten aanklagen

Het Kinderrechtenverdrag is de leidraad van het Kinderrechtencommissariaat. Wij waken over de toepassing en de uitvoering ervan. Daarom zijn wij ook de organisatie waar je terechtkan met klachten over schendingen van kinderrechten. Daarvoor kan je je richten tot onze klachtenwerking.

We vertaalden het Verdrag op kindermaat en jongerenmaat, want ook kinderen en jongeren moeten weten wat hun rechten zijn.

54 artikelen

Het Kinderrechtenverdrag telt 54 artikelen die in 3 delen opgesomd worden.

  • Deel 1 (artikelen 1 tot en met 41) bestaat uit de eigenlijke rechten van de kinderen.
  • Deel 2 (artikelen 42 tot en met 45) gaat over toezicht en rapportage.
  • Deel 3 (artikelen 46 tot en met 54) gaat vooral over procedures.

Lees de Nederlandstalige versie van het Kinderrechtenverdrag. 
Op de officiële VN-website vind je het Verdrag in verschillende talen. 

Voorbehoud

Als landen toetreden tot het VN-Kinderrechtenverdrag kunnen ze voorbehouden maken voor bepaalde rechten. Ze geven dan aan dat ze een kinderrecht niet helemaal naleven. Ook België deed dat. Dit mag natuurlijk niet in strijd zijn met het doel van het Kinderrechtenverdrag. Het VN-Kinderrechtencomité bepaalt dit. 

Facultatieve protocollen

Een facultatief protocol is een tekst die bij het Kinderrechtenverdrag hoort en die de ondertekenende partijen van het Verdrag al dan niet (dus facultatief) kunnen onderschrijven. In 2014 had het Verdrag 3 facultatieve protocollen.

Facultatief protocol installatie klachtenprocedure

Op 19 december 2011 nam de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties het derde protocol bij het VN-Kinderrechtenverdrag aan. Dat installeerde een klachtenprocedure. Kinderen of hun vertegenwoordigers kunnen een klacht indienen over de schending van hun rechten bij het VN-Kinderrechtencomité.

Op 28 februari 2012 ondertekende België, samen met 19 andere landen, in Genève het nieuwe protocol. Op 22 juni 2012 werd het principieel goedgekeurd door de Vlaamse regering als voorontwerp van het decreet houdende instemming met het facultatief protocol bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind inzake een mededelingsprocedure.

Internationaal is het klachtenprotocol sinds 14 april 2014 in werking. Dat is 3 maanden na ratificatie door een tiende staat.

België ratificeerde het protocol op 30 mei 2014. Daardoor trad het facultatief protocol voor het installeren van een klachtenprocedure op 30 augustus 2014 in werking in België.

Facultatief protocol gewapende conflicten

Het facultatief protocol van 25 mei 2000 bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind over de betrokkenheid van kinderen in gewapende conflicten trad op 6 juni 2002 in werking in België.

Lees het uittreksel uit het Belgisch Staatsblad.

Facultatief protocol kinderhandel, -prostitutie en -pornografie

Facultatief protocol van 25 mei 2000 bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind betreffende de inschakeling van kinderen in kinderhandel, kinderprostitutie en kinderpornografie.

Facultatief protocol kinderhandel, -prostitutie en -pornografie overgenomen uit Parlementaire Stukken Vlaams Parlement

Decreet van 27 februari 2003 houdende instemming met het facultatief protocol inzake de verkoop van kinderen, kinderprostitutie en kinderpornografie bij het Verdrag inzake de Rechten van het Kind, opgemaakt in New York op 25 mei 2000, aangenomen door het Vlaams Parlement op 29 januari 2003 (B.S.24.II.2003).